Afgelopen week waren alle ogen gericht op de inflatiecijfers van Amerika. Op woensdag kwam het producentenprijsindexcijfer (PPI) naar buiten. Dit is het cijfer dat laat zien hoe de inkoopcijfers zich ontwikkelen voor de producenten. Deze liet een daling zien van 0,1% voor de afgelopen maand. De verwachting was een stijging van 0,3%. Het PPI cijfer wordt vaak gezien als voorbode voor wat gaat komen in het consumentenprijsindexcijfer (CPI). Dit cijfer kwam een dag later naar buiten. Het CPI steeg met 0,4%. De verwachting was een stijging van 0,3%. Op jaarbasis kwam dit cijfer uit op 2,9%. Hoger dan de 2% waar het stelsel van centrale banken van Amerika (FED) het graag onder wil zien. De stijging werd vooral veroorzaakt door een stijgende prijs van olie en in het bijzonder van benzine. Voor de rest bleven de indexen vaak dichtbij huis, maar in een stijgende lijn. Op donderdag sloten alle drie de grote indexen van Amerika op recordstanden. Op vrijdag kregen we te maken met wat winstnemingen in de Dow-Jones en de S&P 500. Maar de Nasdaq kon alle vijf de dagen in de plus sluiten en had dus vijf dagen lang een nieuw slotrecord. Voor de week won de Dow-Jones 1%. De S&P 500 deed het iets beter met een stijging van 1,6%. De Nasdaq kon de grootste plus voor de week noteren. Deze index steeg in die periode met 2%.
De banenmarkt in Amerika blijft sterk, maar de cijfers tonen aan dat de banengroei wel aan het afnemen is. Het aantal aanvragen voor een werkloosheidsuitkering was opgelopen naar 263.000 in plaats van de verwachte 231.000. Momenteel ontvangen 1,84 miljoen Amerikanen een werkloosheidsuitkering. Dat is 4,3% van de werkzame bevolking. Die 4,3% ligt nog steeds onder het gemiddelde van 5,7%. De FED heeft eigenlijk twee belangrijke taken. Allereerst de inflatie in toom houden en ten tweede zorgden dat de arbeidsmarkt gezond blijft. Door de oplopende werkloosheid heeft de FED een reden om de rente te gaan verlagen op woensdag. De verwachting is dat de FED de rente met 0,25% gaat verlagen en later dit jaar nogmaals met 0,25%. Dit is de eerste renteverlaging in de afgelopen 9 maanden. De laatste renteverlagingen waren vlak voor de verkiezingen. De heer Trump roept al maanden dat hij de rente lager wil zien, om daarmee de Amerikaanse economie beter te laten draaien. De heer Powell gaf iedere keer aan dat hij wilde zien wat de invloed zou zijn van de importheffingen op de inflatie. Maar na 9 maanden lijkt het erop dat hij eindelijk overstag gaat. Juist omdat de heer Powell zo lang zijn poot heeft stijf gehouden, verwachten wij niet een grotere renteverlaging van 0,25%. Want anders heeft hij teveel gezichtsverlies. De obligatiemarkt in Amerika loopt al vooruit op de verwachte renteverlaging en is ondertussen gedaald richting de 4%. De FED fund rate staat momenteel nog op 4,5%. Maar deze kijkt altijd 6 tot 9 maanden vooruit. Voor volgend jaar verwachten wij ook nog 2 renteverlagingen van 0,25%. Mits er natuurlijk geen onverwachte negatieve dingen gebeuren. Met de recordstanden van de afgelopen week en de stijgingen sinds april, kan de renteverlaging worden aangegrepen om aandelen te verkopen. Zogenaamd omdat het wellicht “maar” 0,25% verlaging van de rente is. Bezit van de zaak, einde van het vermaak? Mocht dat het geval zijn, dan verwachten wij een kort maar heftige daling, welke de 10% grens niet zal overschrijden. Als we inderdaad een daling zien van boven de 5%, dan zien we die daling als een perfect koopmoment om zo een eindejaarrally in te zetten. Wij staan al wat langer langs de zijlijn en hebben in de afgelopen maanden wat winsten gerealiseerd, zodat we cash hebben staan voor een eventuele daling. Wellicht dat we de komende dagen nog wat kleine verkopen doen, om zo onze winsten veilig te stellen. Komt de daling er niet, dan zullen we het cash wat momenteel beschikbaar is, voorzichtig weer aan het werk zetten. Alle professionals gaan ervan uit dat er een daling van rond de 8% komt en vaak zien we dan dat het juist niet gebeurt. We hebben al vaker aangegeven dat de dingen die we nu op de beurzen zien ons doen laten terugdenken aan eind jaren ’90, tijdens de aanloop naar de dot com crisis. Om het omslagpunt te voorspellen is onbegonnen werk. Maar veel nieuwe beleggers denken dat de bomen tot aan de hemel groeien. Wat toen met internet gebeurde, gebeurt nu met artificial intelligence (AI). Vooral de particuliere beleggers zijn bezig om in meer en meer speculatieve instrumenten te beleggen. Zolang het goed gaat, is iedereen blij. Maar mocht er een ommekeer komen, wordt de kans met de dag groter dat dit een forse aderlating kan worden. Blijf spreiden met de beleggingen en wees tevreden met de doelstellingen. Gestaag is beter, dan grote klappers maken. Want uiteindelijk komt er ook een grote klapper naar beneden. Al zien wij die momenteel nog niet aankomen.