Amerika had een verkorte handelsweek. Donderdag bleven de beurzen dicht in verband met de viering van de onafhankelijkheid. Op vrijdag bleven veel handelaren thuis om een lang weekend te vieren. Op vrijdag konden na het slot weer de champagne open getrokken worden. Want zowel de S&P 500 als de Nasdaq konden op een recordstand sluiten. Voor de S&P 500 was dat voor de 34ste keer dit jaar. Op de beurzen zeggen ze wel eens, “the trend is your friend”. De trend is duidelijk omhoog voor een paar aandelen en die trekken de indexen mee naar boven. Het is een elastiek wat uitgerekt wordt en hoe lang gaat dat goed? Dat is de grote vraag. Het gaat al veel langer goed, dan dat wij hadden ingeschat en we kijken dan ook met verbazing naar de stijgingen. Voor de week kon de Dow-Jones 0,7% bijschrijven. De S&P 500 deed het nog beter, met een stijging van 2%. De Nasdaq was de grootste stijger. Deze index steeg in een korte week met 3,5%.
Voor de komende week zijn er een aantal zaken die een grote rol gaan spelen. Op donderdag wordt het consumentenprijsindexcijfer (CPI) bekend gemaakt over de afgelopen maand. Dit cijfer geeft aan hoe hoog de inflatie in de afgelopen maand is geweest. De voorspeling is dat dit cijfer met 0,1% in de afgelopen maand gestegen is. Dat zal wellicht gevierd worden als een overwinning. Tenminste, dat gebeurde vorige maand toen het cijfer ook met 0,1% steeg. Maar een stijging is een stijging. Op vrijdag wordt het producentenprijsindexcijfer (PPI) bekend gemaakt. Dit is ook een inflatiecijfer, maar dan voor de producenten. Dit is vaak een voorbode voor wat met het CPI cijfer gaat gebeuren in de volgende maand. Vooral het CPI cijfer wordt gevolgd. Stijgt deze harder dan 0,1%, dan zal het stelsel van centrale banken in Amerika (FED) minder snel de rente gaan verlagen. Is dit cijfer lager of zelfs in de min, dan zal naar verwachting in september de rentes in Amerika verlaagd gaan worden. De meeste beleggers houden nu rekening met twee renteverlagingen dit jaar. Een renteverlaging wordt als positief gezien voor de aandelenmarkten. Want bedrijven kunnen dan goedkoper lenen. Aan het begin van dit jaar werd er nog rekening gehouden met zeven renteverlagingen dit jaar. Maar ondanks dat deze niet hebben plaatsgevonden, zijn de indexen gestegen. Vaak is de verwachting een grotere drijfveer dan de daadwerkelijke acties. Op donderdag beginnen de eerste tweede kwartaalcijfers binnen te druppelen. Pepsi en Delta Airlines zijn de eerste bedrijven die met hun cijfers naar buiten komen. Op vrijdag zullen een aantal grootbanken volgen. JPMorgan, Wells Fargo, Citigroup en Bank of New York Mellon zullen de eerste grootbanken zijn. Wij kijken altijd graag naar deze cijfers. Banken staan immers midden in de samenleving. Kredieten, hypotheken, spaargelden en overnames, lopen altijd via banken en we kunnen door hun cijfers te analyseren een redelijk goed beeld krijgen van wat komen gaat voor de rest van de bedrijven. De stijgingen van de indexen zijn voornamelijk gekomen door maar een paar aandelen. Vooral vanuit de technologie hoek. De verwachtingen in deze groep zijn dan ook hoog gespannen. Nu wordt het zaak om daadwerkelijk te leveren. Mochten die cijfers tegenvallen, dan zullen de indexen een forse daling tegemoet kunnen zien. Dit jaar hebben we slechts een daling gezien van rond de 5%. Deze daling werd snel weer gekocht. Een echt forse daling hebben we nog niet gezien. Om een trend te breken is er een katalysator nodig. Deze week hebben we genoeg cijfers die een katalysator kunnen zijn. Als conservatieve vermogensbeheerders vinden wij dat het elastiek veel te ver is opgerekt. De kans op knappen is dichterbij dan ooit. Maar de markten hebben altijd gelijk. Dus we beleggen voorzichtig en hebben een verzekering ingebouwd voor het geval dat we een forse daling gaan meemaken. Voor de rest zitten we voorlopig op onze handen. Want geld verliezen is niet wat we voorstaan. Geduld is een schone zaak. Buiten deze directe zaken welke betrekking hebben op de indexen, wordt de politiek belangrijker. In Frankrijk en Engeland is er een ruk naar links geweest. In november gaat Amerika naar de stembus. Na het debat tussen de heren Biden en Trump wordt de roep voor terugtrekking van de heer Biden steeds luider. Kunnen de Democraten nog snel een nieuwe presidentskandidaat naar voren schuiven? Of wordt het toch Biden tegen Trump. In de geschiedenis heeft een kandidaat nog nooit zo een laag rapportcijfer gekregen. Minder dan 40% zegt op Biden te gaan stemmen. Dit cijfer is nog verder gedaald na het desastreus verlopen debat van Biden. De markten kijken dit met lede ogen aan, maar er komt wel meer aandacht voor. Over vier maanden zijn de verkiezingen. Voor Biden wordt het een spannende week. Komt hij goed over, of maakt hij veel fouten, waardoor de steun alleen maar verder afbrokkelt. Indexen houden niet van onzekerheid. Dit kan dus nog wel eens een probleem op de beurzen gaan worden. Wij gaan ervan uit dat Biden tegen Trump gaat strijden. Maar we hebben wel een plan klaar liggen, mocht Biden zich terug trekken. Afhankelijk wie men dan kiest, zullen we snel kunnen inspelen op deze veranderingen.